Stoffenwinkels vol brokaat, satijn en damast, verwerkt tot zijden sjaals of waaiers. Een heus zijdemuseum, dat gevestigd is in het gebouw van het voormalige zijdemuseum. En natuurlijk de zijdebeurs, die op de werelderfgoedlijst van UNESCO staat en een belangrijke bezienswaardigheid is. In Valencia herinnert veel aan de roemrijke geschiedenis van de zijde in de stad. 

Naaigerei Museo de la seda Valencia zijdemuseum

Het begin

Het waren de Arabieren die de zijdeteelt in Valencia introduceerden. Dit deden zij in de periode tussen de achtste en de dertiende eeuw, waarin zij de macht hadden over de stad. In het Museo de la seda (het zijdemuseum) is te zien welke attributen werden gebruikt bij de teelt van zijderupsen, hoe cocons werden afgehaspeld, hoe draden werden gedraaid, geverfd en geweven en hoe de stoffen bedrukt werden.

Na de herovering van Valencia in de dertiende en pestepidemieën in de veertiende eeuw bloeide de stad op zowel economisch als cultureel gebied. De vijftiende eeuw wordt ook wel de ‘Gouden eeuw van Valencia’ genoemd. Dankzij de Spaanse ontdekkingsreizen werden nieuwe afzetmarkten gevonden en dit trok (zijde)handelaren van heinde en verre naar Valencia.

In deze periode werd ook het zijdegilde van de stad opgericht. In 1479 werden de eerste statuten van dit Collegio del arte mayor de la seda goedgekeurd. Het werd het belangrijkste gilde in de stad en toen in 1482 werd begonnen met de bouw van een nieuwe handelsbeurs werd deze genoemd naar het belangrijkste handelsproduct, namelijk de zijde.

Zuilenhal La lonja de la seda Valencia

La lonja de la seda

De belangrijkste ruimte in la lonja de la seda (de zijdebeurs) is de hal der contracten, die ontworpen werd door architect Pere Compte en in slechts vijftien jaar verrees. De hal der contracten wordt ook wel de zuilenhal genoemd, vanwege de gedraaide zuilen die in combinatie met de kruisgewelven doen denken aan een bos van palmen. Hier werd handel gedreven en werden contracten opgesteld. Daarnaast deed deze ruimte ook dienst als geldwisselkantoor.

Behalve de zuilenhal is in la lonja ook het paviljoen van het consulaat van de zee te vinden. Het consulaat van de zee was de eerste rechtbank voor maritieme handel in Spanje, dat het voorbeeld vormde voor vergelijkbare rechtbanken in Barcelona en andere Spaanse steden. De rechtbank is gemeubileerd met originele meubels en heeft een rijk gedecoreerd balkenplafond.

Zo nu en dan hield het consulaat van de zee kooplieden met schulden gevangen in de toren van la lonja, die helaas niet toegankelijk is voor publiek. Vanuit de zuilenhal is slechts een glimp op te vangen van de gotische wenteltrap die naar de toren leidt.

Details La lonja de la seda Valencia

Museo de la seda

In dezelfde periode als la lonja verrees het gebouw van het zijdegilde. Het kwam te staan in de wijk waar de zijdewevers woonden. Tegenwoordig is het Museo de la seda in het gebouw gevestigd. Nog altijd zijn hier originele gotische en barokke elementen uit de hoogtijdagen van het gilde te bewonderen.

Vooral de eerste verdieping is de moeite van het bekijken waard. Hier is onder andere de kapel van Sint Hiëronymus (de patroonheilige van het gilde) te zien, met een hypnotiserende mozaïekvloer en een Middeleeuwse wenteltrap die rechtstreeks uit Harry Potter leek te komen. Boven het altaar hangt een prachtig tegeltableau waarop de patroonheilige van het gilde is afgebeeld.

De eveneens op de eerste verdieping gelegen Salle de la fama (eregalerij) vormt het hoogtepunt van het gebouw. Hier kwamen de belangrijkste personen van het gilde bijeen. De ruimte is een microkosmos, waarbij het hemelse gesymboliseerd wordt door een fresco van Sint Hiëronymus. Het aardse wordt vertegenwoordigd in een vloer van Valenciaans keramiek, waarop de roem die de Valenciaanse zijde heeft vergaard wordt getoond.

Altaar kapel Museo de la seda Valencia zijdemuseum

Joaquín Manuel Fos

Na een eeuw van verval bloeide de zijdeproductie en -handel in Valencia onder invloed van de Franse mode weer op in de achttiende eeuw. In deze eeuw bereikte de zijde in Valencia een hoogtepunt. Er waren in deze periode maar liefst vijfduizend weefgetouwen te vinden in de wijk rondom het gildegebouw. Bijna de helft van de Valenciaanse bevolking was betrokken bij de zijdeproductie en -handel.

Een even belangrijke als omstreden figuur in deze tijd was Joaquín Manuel Fos (1730 – 1789). Hij was aanvankelijk een stoffenperser van bescheiden komaf, maar wist dankzij zijn twee huwelijken op te klimmen tot de handelselite van de stad. Op zoek naar het geheim van moirézijde reisde hij heel Europa door onder verschillende identiteiten. Uiteindelijk lukte het hem het procedé te ontdekken. Bij terugkeer in Valencia introduceerde hij de productie van moirézijde in de stad.

Daarna werd hij aangesteld als inspecteur-generaal van producenten in zijden stoffen. In deze hoedanigheid was hij verantwoordelijk voor een controversiële gebeurtenis in de geschiedenis van de zijde in Valencia. Op 31 januari 1784 gaf Fos namelijk opdracht om een grote hoeveelheid zijden stoffen publiekelijk te verbranden, omdat deze stoffen niet zouden voldoen aan de regels van het zijdegilde.

Tegenwoordig

De bloeitijd van de zijde duurde tot in de negentiende eeuw, toen een dodelijke ziekte onder zijderupsen een zijdecrisis in heel Europa teweegbracht, die ook de Valenciaanse zijdeproductie hard trof. De zijde-industrie verdween echter nooit helemaal uit de stad. Nog altijd telt Valencia vijftien textielfabrieken en vier zijdeweverijen. De zijden stoffen zelf zijn te bewonderen in de vele stoffenzaken die Valencia rijk is en tijdens processies en volksfeesten, waarbij het traditionele Valenciaanse kostuum wordt gedragen. Ook zijn er speciale zijdetours voor toeristen, waarbij zowel de zijdebeurs, het zijdemuseum als een stoffenwinkel worden bezocht.

La lonja de la seda werd in 1996 door UNESCO op de werelderfgoedlijst geplaatst, omdat het een uniek voorbeeld is van een niet-religieus gebouw uit de Middeleeuwen, dat de macht en rijkdom van een Mediterrane handelsstad symboliseert. Het gebouw is dagelijks te bezoeken.

Het gebouw van het voormalige zijdegilde van Valencia werd in 1981 een rijksmonument. Vanaf 2016 is het zijdemuseum hier gevestigd. Niet alleen is dit museum interessant voor toeristen en liefhebbers van zijde, ook onderzoekers kunnen er terecht. Het zijdemuseum beheert namelijk het oudste en omvangrijkste gildearchief van Europa, dat maar liefst 48 perkamentrollen, 660 boeken en 97 bestandsdozen bevat. Mocht je ooit meer willen weten over de geschiedenis van de zijdeproductie en -handel in Valencia of onderzoek willen doen naar de economische ontwikkeling van deze stad, dan is dit de plek waar je moet zijn.

Meer info

La lonja de la seda, Carrer de la lonja 2, Valencia. Openingstijden: maandag tot en met zaterdag 10.00 – 19.00 uur, zon- en feestdagen 10.00 – 14.00 uur.

Museo de la seda, Carrer de l’hospital 7, Valencia. Openingstijden: zondag en maandag: 10.00 – 15.00 uur, dinsdag tot en met zaterdag 10.00 – 19.00 uur.

Share