Afgelopen weekend sloot het Tijdelijk Modemuseum, dat bijna negen maanden lang gevestigd was in Het Nieuwe Instituut in Rotterdam. Ik bezocht het museum op het nippertje, op zondag 1 mei j.l. Grote vraag blijft natuurlijk: smaakt dit naar meer?

Alle modetentoonstellingen op het moment ten spijt is er nog altijd geen modemuseum in ons land. Ja, ooit was er een Nederlands Kostuummuseum in Den Haag, in Tilburg is het textielmuseum te vinden en hier in het hoge Noorden is in Noordhorn kostuummuseum “De Gouden Leeuw” gevestigd, maar een echt modemuseum was er tot op heden niet. En eigenlijk is dat best verwonderlijk. Buurland België heeft bijvoorbeeld minstens twee modemusea – in Hasselt en Antwerpen – en ook in Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zijn verschillende modemusea gevestigd. Hoe het in andere landen zit weet ik niet precies, hoewel op de site http://www.fashionandtextilemuseums.com veel musea met mode- en textielcollecties te vinden zijn.

Tijdelijk Modemuseum @ Het Nieuwe Instituut

Het is naar mijn mening ook niet zo dat in ons land geen goede voedingsbodem aanwezig is voor een modemuseum. Een platform als Modemuze, waarin meerdere museale kostuumcollecties online zijn samengebracht, en succesvolle modetentoonstellingen in onder andere het Haags Gemeentemuseum, Centraal Museum Utrecht, het Groninger Museum en het Rijksmuseum bewijzen immers het tegendeel. Bovendien heeft Nederland geen gebrek aan uitstekende modeopleidingen en -talenten, waarvan Viktor & Rolf en Iris van Herpen wellicht de internationaal bekendste voorbeelden zijn. Een (tijdelijk) modemuseum leek dan ook een uitstekend idee. Tot mijn grote spijt was het idee echter beter dan de uitvoering.

Alle ingrediënten om een interessant modemuseum neer te zetten waren aanwezig. Thema’s als modegeschiedenis, collectievorming, het lichaam en de invloed van mode op houding en beweging kwamen aan de orde. Modeontwerpers Alexander van Slobbe en Francisco van Benthum gaven in Hacked commentaar op de hedendaagse fast fashion en er was aandacht voor de sociale en ecologische gevolgen van het huidige modesysteem – wist u dat er 10.000 liter water nodig is om 1 kilogram katoen te produceren?

Klossen garen, Tijdelijk Modemuseum @ Het Nieuwe Instituut

Wat ook leuk was aan de tentoonstelling was dat bezoekers veel actief mochten deelnemen. Zo konden zij pumps passen, om zo te ervaren hoe mode hun houding en bewegingen beïnvloed en in ‘The New Haberdashery’ werden stoffen verkocht en kon iedereen die dat wilde aan de slag met patronen van bekende ontwerpers. Ook konden bezoekers medewerkers vragen om dozen uit de rekken te halen, die vervolgens voor hen geopend werden. Sommige stukken konden zelfs aangeraakt en gekocht worden, wat natuurlijk erg bijzonder is voor een museum.

Zoals zo vaak in musea miste ik echter ook in het tijdelijk modemuseum duiding. Wat was het verhaal achter de objecten? Waarom hadden de tentoonstellingsmakers voor deze thema’s en objecten gekozen? Ook waren teksten niet altijd duidelijk. Er waren wel zaalteksten, maar vaak ook stond aanvullende informatie vermeld op hand-outs die niet altijd goed te vinden waren. Bij objecten werd meestal helemaal niet aangegeven wat er te zien was. Tenslotte werd van bezoekers veel initiatief verwacht, iets wat zij mogelijk niet altijd durfden te nemen en wat vooraf ook niet duidelijk was aangegeven. Was de informatievoorziening beter geweest, dan waren de tentoonstellingen voor de bezoeker wellicht begrijpelijker geweest en was de drempel om dingen te doen mogelijk ook minder hoog. Nu was het tijdelijk modemuseum vooral fotogeniek, en dat is helaas niet genoeg om echt te beklijven.

Tijdelijk Modemuseum, Rotterdam

Is het experiment dan mislukt? Dat zou ik niet willen zeggen. Het valt te waarderen dat Het Nieuwe Instituut een voorzet heeft gegeven voor een modemuseum in Nederland. Daarmee is de basis gelegd. Nu is het aan anderen om dit initiatief vervolg te geven en verder uit te diepen. Hopelijk komt er dan ook ooit een echt modemuseum in ons land.

Share