De meeste mensen kennen Aletta Jacobs vooral als de eerste Nederlandse vrouw die afstudeerde aan een universiteit en voorvechtster van vrouwenkiesrecht. Wat nog wel eens wordt vergeten is dat Jacobs ook als arts werkzaam was en als zodanig een bijdrage heeft geleverd aan de verbetering van de gezondheid van vrouwen. Zo hield zij gratis spreekuren, gaf zij cursussen en introduceerde zij het pessarium als voorbehoedmiddel.

Tijdens de arbeidsenquête van 1887, die in mijn vorige blogpost al kort aan de orde kwam, werd Aletta Jacobs ook geïnterviewd. Op de vraag wat zij wilde mededelen over haar ervaringen antwoordde zij dat zij wilde spreken over ongetrouwde vrouwen, en in het bijzonder over winkelmeisjes. Jacobs vertelde dat winkelmeisjes lange tijd moesten staan – “in vele magazijnen van ’s morgens 8 ½ tot ’s avonds 10 ½ uur” – en dat dit “zeer nadelig werkt op hare gezondheid, voornamelijk met het oog op de ziekten, behoorende tot de rubiek de gynaecologie.”[1]

Winkelmeisjes hadden last van ‘profuse menstruatie’ die aanvankelijk tot ‘algehele verzwakking’ en later zelfs tot een chronische ontsteking van de baarmoeder leidden. In vijf gevallen was er zelfs sprake van baarmoederverzakking.[2] Nadat zij bij Jacobs zijn geweest en terugkeren achter de toonbank keert de oude kwaal gewoon weer terug.[3]

Jacobs vertelde verder dat in warenhuizen in Engeland stoeltjes waren geplaatst, waarop de winkelmeisjes af en toe konden uitrusten tijdens het werk, “terwijl dit hier niet gebeurt, zelfs wanneer ik aan de meisjes die bij mij komen zeg dat het noodzakelijk is en door de gezondheid gevorderd.”[4] Jacobs ging bij een winkelier in ‘wit linnen goederen’ langs, om het voor de winkelmeisjes op te nemen, maar kreeg nul op het rekest, “omdat de dames niet koopen wilden, wanneer de meisjes zaten. Hij vond dat zitten onbeleefd tegenover de koopsters en wilde niet de eerste zijn om er mede te beginnen.”[5]

Volgens Mineke Bosch, biograaf van Aletta Jacobs, is Jacobs’ poging winkelmeisjes te laten zitten “altijd een episode geweest die zeer tot de verbeelding sprak van het nageslacht, omdat hieruit bleek dat de eerste vrouwelijke arts in Nederland zich het lot aantrok van meisjes uit de arbeidende klasse en met zoiets nuchters als het bepleiten van zitplaatsen daarin met succes wettelijk verandering had gebracht.”[6] Het verhoor van Jacobs door de enquêtecommissie noemt Bosch “een prachtige bron waarin we de nog jonge dokter Jacobs letterlijk aan het woord zien.”[7]

Meer weten over de omstandigheden van winkelmeisjes? Lees dan het boek Shopgirls van Pamela Cox, waarover ik eerder al eens een blogpost schreef.

 

[1] Verhoor van Mejuffrouw A.H. Jacobs (verkort.), Enquête betreffende werking en uitbreiding der wet van 19 september 1874 (Staatsblad No. 130) en naar den toestand van fabrieken en werkplaatsen. Bundel I (Sneek 1887) 106-107, aldaar 106.

[2] Idem, 107.

[3] Idem, 106.

[4] Idem, 106.

[5] Idem, 107.

[6] Mineke Bosch, Een onwrikbaar geloof in rechtvaardigheid. Aletta Jacobs 1854-1929 (Amsterdam, 2005) 221.

[7] Idem, 222.

Share