Textile is an unspoken language of which you need to know the dialect (Dr. Gillian Vogelzang-Eastwood)

Al een paar jaar terug wees een collega mij op de intensieve textielcursus van het Textile Research Centre (TRC) in Leiden. Het leek mij meteen een interessante cursus, maar helaas had ik het destijds te druk met andere projecten en schoof ik het plan op de lange baan. Dit voorjaar had ik echter eindelijk weer wat meer tijd en zo kwam het dat ik vorige week naar Leiden reisde om mij een week lang onder te dompelen in de wereld van textiel.

Het Textile Research Centre werd in 1991 opgericht door Dr. Gillian Vogelzang-Eastwood, die van mening was dat academici vaak textiel analyseerden zonder over een gedegen basiskennis van de materie te beschikken. Daarom begon zij met het organiseren van de intensieve textielcursus, die dit jaar maar liefst vijf keer wordt gegeven. Het doel van de cursus is om textiel minder ‘eng’ te maken en inzicht te geven in wat textiel precies is, zodat academici beter weten waarover zij schrijven.

Verf, Intensieve Textielcursus, Textile Research Centre Leiden

Dat probeert de cursus te bereiken door middel van een mix van praktijk en theorie, met de nadruk op het uitproberen van de belangrijkste technieken die een rol spelen in de productie van textiel. Wij begonnen met het bestuderen van dierlijke, plantaardige en synthetische vezels, waarbij de zintuigen een belangrijke rol speelden. Wij keken en luisterden naar de vezels, waarna wij ze in brand staken. Dat klinkt misschien gek, maar ook aan de hand van de geur, kleur en het residu van de verbranding kun je vezels identificeren. Zo is er bij synthetische vezels waarin olie verwerkt is, zoals nylon of polyester, sprake van zwarte rookontwikkeling en druppen. De resultaten van het experiment waren verrassend. Veel vezels bleken extreem brandbaar en in tegenstelling tot wat wij dachten zijn natuurlijke vezels niet per definitie veiliger of beter dan synthetische – katoen brandt namelijk het snelst van alle vezels. Dr. Vogelzang-Eastwood zei dan ook dat kleding kopen een stuk lastiger (maar ook interessanter!) wordt na deze cursus. En zij heeft waarschijnlijk gelijk, want alleen al dit experiment liet ons anders naar textiel kijken. En de rest van de week was dat niet anders.

Hierna verfden wij wol met natuurlijke pigmenten zoals alkannawortel, berkenbast, luis, blauwhout, gele en rode uien, persische bessen, meekrap en kurkuma. Met behulp van bijtstoffen als aluin, koper, ijzer en tin wisten wij de slechts achttien pigmenten te vermenigvuldigen tot meer dan honderd (!) kleuren. En de resultaten waren verbluffend. Terwijl sommige pigmenten zich nauwelijks aan de wol hechten, produceerden anderen juist onverwacht heldere kleuren. Ook kwam het voor dat één pigment zowel groene als paarse en roze tinten produceerde, afhankelijk van de gebruikte bijtstof. En de prachtige gele kleur die kurkuma voortbracht bleek helaas slechts een tijdelijke illusie – de kleur vervaagde al snel onder invloed van het licht…

Intensieve textielcursus, Textile Research Centre, Leiden

Spinnen en weven waren andere belangrijke onderdelen van de cursus, en beide bleken makkelijker gezegd dan gedaan. Wij prepareerden ruwe wol door te kammen en/of te kaarden en probeerden zo goed en kwaad als dat ging vervolgens een draad te spinnen met behulp van een spintol. Dit vereiste een goede oog-hand coördinatie en het was lastig om tegelijkertijd de wol te pluizen en de tol te draaien. We leerden verder het verschil tussen een linnen- en een keperbinding, hoe wij satijn, fluweel en brokaat herkenden en hoe een weefgetouw werkt. Tenslotte experimenteerden wij met verschillende printtechnieken, zoals batik, ikat en tie-dye, waarmee prachtige effecten teweeg gebracht kunnen worden.

Na ieder praktijkonderdeel volgde een theoretisch deel, dat makkelijker te begrijpen was nu wij zelf de benodigde technieken hadden ervaren. Dr. Vogelzang-Eastwood toonde voorbeelden uit de collectie van het Textile Research Centre, waarin wij herkenden wat wij zelf hadden uitgeprobeerd, ook al waren de getoonde stoffen uiteraard veel mooier. Naast prachtige Indiase sari’s en Italiaans fluweel uit de 17e en 18e eeuw zagen wij ook een drieduizend jaar oud mummiekleed en textiel dat afkomstig was uit de potten waarin de Dode Zee-rollen werden gevonden. Het ontroerde mij bijna om zulke oude stukken te zien, omdat ik het zo bijzonder vind dat dit bewaard is gebleven, terwijl er uit de klassieke oudheid vrijwel geen textiel is overgeleverd.

Zoals de naam al aangaf was de textielcursus intensief, maar het was een enorm waardevolle en leerzame ervaring. De cursus heeft mijn hele beeld van textiel veranderd en naalden, weefsels of draden zullen hierna nooit meer hetzelfde zijn. De kennis die ik heb opgedaan zal mij van pas komen bij mijn toekomstige onderzoek en ik raad iedere academicus die over textiel schrijft daarom aan de intensieve textielcursus van het Textile Research Centre te volgen. Het is in mijn ogen echt een essentiële en onvergetelijke ervaring.

Share