Een tijdje geleden zag ik op Facebook een gesponsorde advertentie voor een gratis tiendaagse cursus, waarin vrouwelijke ondernemers leerden hoe zij zichzelf en hun bedrijf beter konden presenteren op hun website, blog en social media. Dat leek mij wel wat en ik schreef mij in. En al op de eerste dag leverde mij dat iets op, namelijk mijn eerste kledingstuk van Hirsch (althans, wanneer je een hoed als kledingstuk beschouwt)!

Vintassion

Voor de eerste opdracht van de challenge moesten de deelnemers een moodboard op Pinterest maken. Omdat ik met Haute Histoire geschiedenisprojecten aanbiedt en ik met name geïnteresseerd ben in modegeschiedenis, zocht ik afbeeldingen van boeken, historische gebeurtenissen, vintage mode en quotes die met geschiedenis te maken hadden.

Natuurlijk zocht ik ook weer naar afbeeldingen van Hirsch – je weet immers nooit of er nog iets nieuws is te vinden op internet – en zo kwam ik terecht op de ‘online vintage fair’ Vintassion. Daar verkocht iemand namelijk een hoed van Hirsch, en tot mijn grote vreugde was deze nog beschikbaar! Mijn hart maakte een sprongetje en nadat ik alle foto’s nog eens goed had bekeken om mij ervan te verzekeren dat het om een echte Hirsch ging kocht ik de hoed. Dat het niet om een hoed van Hirsch & Cie Amsterdam gaat, maar van het Brusselse moederbedrijf, zag ik voor het gemak maar even door de vingers…

Over de hoed

De hoed is in een zeer goede staat. Het bruine fluweel is zacht en onbeschadigd, alle versiering is nog aanwezig en ook de voering vertoont geen enkele sporen van schade. Hij roept, zoals vrijwel alle oude kledingstukken, veel vragen bij mij op. Van wie is deze hoed geweest? Bij welke gelegenheid werd hij gedragen? Welke reis heeft hij afgelegd voordat hij in mijn handen terechtkwam? En meer specifiek, hoe kan het dat de hoed er nog zo goed uitziet? Is hij nauwelijks gedragen, of komt het doordat de kwaliteit ervan ontzettend goed is?

Volgens de beschrijving op de website is de hoed afkomstig uit de jaren veertig van de vorige eeuw. Dat biedt enige houvast bij verder onderzoek. Ik probeerde enkele vragen te beantwoorden door de hoed te vergelijken met foto’s van mode bij Hirsch & Cie Amsterdam uit 1942 en catalogi van vlak voor de Tweede Wereldoorlog. De modellen uit 1942 droegen helaas geen hoeden en de catalogi toonden hoeden die over het algemeen groter waren en meestal voor op het hoofd werden gedragen. Mijn vragen blijven daardoor (voorlopig) onbeantwoord.

Logo Hirsch & Cie Bruxelles hoed kledingstuk

Hirsch & Cie Bruxelles

Over Hirsch & Cie Bruxelles is echter wel meer bekend, vooral dankzij een boek en andere publicaties van Veronique Pouillard.[1] Léo Hirsch, een joodse immigrant uit het Duitse Westfalen, richtte Hirsch & Cie Bruxelles op in 1869. Hirsch was vanaf het begin verzekerd van een goed zakelijk netwerk, doordat zijn echtgenote Johanna Freudenberg een nicht was van de eigenaar van het Berlijnse warenhuis Gerson.[2]

Het nieuwe modehuis was vernieuwend, doordat Hirsch artikelen toonde in etalages en vanaf het begin gasverlichting had. Bovendien bleek de timing van de opening perfect, doordat als gevolg van het uitbreken van de Frans-Duitse oorlog in 1870 veel Fransen vluchtten naar de Belgische hoofdstad. Daar konden zij bij Hirsch terecht voor dezelfde kleding als zij in Parijs gewend waren te kopen.[3] Het modehuis kocht namelijk Franse modellen op, die het reproduceerde en vervolgens verkocht in de eigen winkels. Hirsch richtte zich op kwalitatief hoogwaardige kleding en accessoires. Het modehuis had diverse coutureafdelingen: flou voor japonnen, tailleur voor maatpakken, en manteau voor mantels. Bovendien was er een belangrijke bontafdeling, waar klanten in de zomer hun mantels konden laten opslaan.[4]

Tweemaal per jaar presenteerde Hirsch & Cie Bruxelles de nieuwe collectie, bestaande uit circa 300 modellen, waarvan de helft uit Parijs kwam. Waar de andere helft vandaan kwam is onbekend, maar volgens Pouillard werden zij niet ontworpen door Hirsch & Cie zelf. De Parijse modellen werden tenminste drie keer getoond, namelijk aan particuliere klanten, kleine ambachtslieden en professionele opleidingen. Daarnaast vonden besloten modeshows plaats voor speciale klanten, zoals rijke klanten, actrices en leden van het Belgische koninklijk huis, dat vanaf de jaren 1880 klant was bij het modehuis.[5]

Hirsch tijdens de Tweede Wereldoorlog

Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1940 werd Hirsch beschouwd als een joods bedrijf, omdat ten minste één joods persoon in de raad van bestuur zat en ten minste 25% van de stemmen of van het bedrijfskapitaal in handen van joden waren. De Duitse bezetters stelden een Duitse Verwalter (beheerder) aan, die zich formeel moest beperken tot het beheer van de administratie en de statuten. In de praktijk kwam de Verwalter echter regelmatig zonder waarschuwing in de winkel, controleerde hij de boekhouding en zorgde hij voor de uitvoering van orders.[6]

Hirsch had het moeilijk in de oorlog. Zo was er onder andere minder personeel, was er materiaal- en brandstofgebrek en had het modehuis minder afzetmogelijkheden. Ook verliep de communicatie met Parijs stroef als gevolg van de oorlog. De Duitsers zagen de Franse hegemonie in de modewereld als een provocatie en wilden de export van Franse mode aan banden leggen. Toch kregen medewerkers van Hirsch Brussel toestemming om naar Parijs te gaan en daar couturehuizen te bezoeken. Het was nog altijd mogelijk modellen op papier te kopen in de Franse hoofdstad. De kleding was eenvoudig, met efficiënte en net gesneden modellen, rokken tot net onder de knie en sobere kleuren. Avondkleding ontbrak geheel.[7]

Na de Tweede Wereldoorlog

Na de Tweede Wereldoorlog wordt de mode steeds meer beïnvloed door de Amerikaans ready-to-wear, die door de ontwikkeling van nieuwe synthetische vezels en technieken steeds sneller en goedkoper gemaakt kan worden. Bovendien was er een grote concurrentie van Parijse couturehuizen als Dior, Carven, Balmain en Jacques Fath. Hirsch & Cie Bruxelles had jarenlang stilgestaan in zijn ontwikkeling. Het stond voor de keuze om of voor haute couture of voor goedkopere ready-to-wear te gaan, wilde het overleven. Het bleef echter hinken op twee gedachten. Enerzijds verhoogde het de kwaliteit door exclusieve couturejurken te verkopen, terwijl het anderzijds meer verschillende producten ging verkopen.[8] Deze strategie was zonder succes. Uiteindelijk moest Hirsch & Cie Bruxelles in 1962 de deuren definitief sluiten.

Meer weten?

Wil je meer weten over het Amsterdamse modehuis Hirsch & Cie? Lees dan mijn boek over de geschiedenis van dit modehuis, dat is verschenen bij Uitgeverij Verloren.

Bestel hier het boek ‘Hirsch & Cie Amsterdam (1882-1976)’

 

[1] Veronique Pouillard, Hirsch & Cie Bruxelles, 1869-1962 (Brussel 2000) ; Veronique Pouillard, “In the shadow of Paris? French haute couture and Belgian fashion between the wars” in: Regina Lee Blaszcyk (ed.), Producing fashion. Commerce, culture, and consumers (Philadelphia 2008) 62-81.

[2] Veronique Pouillard, “In the shadow of Paris? French haute couture and Belgian fashion between the wars” in: Regina Lee Blaszcyk (ed.), Producing fashion. Commerce, culture, and consumers (Philadelphia 2008) 62-81, aldaar 71.

[3] Theo Bakker, “Hirsch & Cie op het Leidseplein” te raadplegen via http://www.theobakker.net/pdf/hirsch.pdf

[4] Pouillard, “In the shadow of Paris?” in: Regina Lee Blaszcyk (ed.), Producing fashion, 71.

[5] Idem, 72.

[6] Veronique Pouillard, Hirsch & Cie Bruxelles, 1869-1962 (Brussel 2000) 68.

[7] Idem, 80-81.

[8] Idem, 96.

Share